toekomst 2004

  1. Home
  2. /
  3. Gebied
  4. /
  5. toekomst 2004

Toekomst Midden-Delfland 2004

Kansen en bedreigingen
Midden-Delfland is een gebied wat aan alle kanten wordt bedreigd. De beschermde status door de Reconstructiewet Midden-Delfland loopt binnenkort ten einde. Hoe lang kan M-D nog blijven zoals het nu is? Het unieke open weidelandschap tussen de Haagse en Rotterdamse agglomeratie staat onder grote druk. Het lijkt erop dat iedereen al plannen beraamt voor de periode na de reconstructiewet.

De aanleg van de A4 door M-D wordt nu al meer dan 25 jaar tegen gehouden maar de aanleg is momenteel weer actueel omdat Minister Peijs van het ministerie van Verkeer en Waterstaat € 475 miljoen vrij heeft gemaakt voor de aanleg van deze weg. Provinciaal gedeputeerde Marnix Norder had met zijn plan voor de aanleg van deze weg mede door de vele extra’s zoals een tunnel tussen de bebouwde kom van Schiedam en Vlaardingen, verdiepte aanleg in M-D, verschillende ecologische verbindingen in het M-D gebied en de aanleg van 100 Ha nieuwe natuur de meeste betrokken gemeenten en andere organisaties warm gemaakt voor een goed plan maar van dit alles blijft niets over want de minister stelt alleen geld beschikbaar voor de aanleg van de weg en alle extra’s moeten betrokken gemeenten zelf maar bekostigen is haar stelling. Dit besluit stuit uiteraard weer op de nodige weerstand bij de meeste betrokken gemeenten en belangengroeperingen die juist door het plan Integrale Ontwikkeling Delft Schiedam van gedeputeerde Norder op één lijn zaten. Maar zelfs Plan Norder zag niet iedereen zitten, Stichting Stop rw19/A4 zal zich uit alle macht verzetten tegen aanleg van de weg en doet dat inmiddels al sinds 1974 met succes. Een andere optie die echter ook nog steeds niet uit beeld is, is de ombouw van de veilingroute tot volwaardige snelweg die dan kan aansluiten op de A20 bij Westerlee. Dit zou voor het vele vrachtverkeer van de veilingen de beste oplossing zijn zeker als ook de Oranjetunnel wordt aangelegd waardoor een nieuwe verbinding richting havengebieden en België zou ontstaan. Werkgeversorganisatie VNO/NCW afdeling West vindt dat zowel een volwaardige veilingroute als de A4 Midden-Delfland aangelegd moet worden De enige oplossing die aan de voorwaarde:” Niet horen, zien en ruiken” zou kunnen voldoen is een tunnel van het Gaagaquaduct tot aan het Kethelplein.

De ecologische verbindingen en 100 Ha extra natuur zijn uiteraard leuk voor Natuurmonumenten die al op zoek is naar de beste gebieden voor die 100 Ha maar de vervuiling die nu Overschie ten deel valt hoor en zie je niet maar levert wel een situatie op die voor de flora en fauna en voor de recreanten en bewoners schadelijk is voor de gezondheid. Je kunt je afvragen of die 100 Ha extra natuur de vervuiling wel zou kunnen compenseren bovendien is er vooral tegen die nieuwe natuur nogal wat weerstand want het huidige prachtige veenweidegebied bestaat al voor 100% uit natuur dus het zou hoogstens van boerennatuur omgezet kunnen worden in nieuwe natuur. De weerstand hier tegen is groot, niet alleen de boeren in dit gebied zien het landbouwareaal weer afnemen maar ook vele recreanten en inwoners zijn bang voor de wilde ontoegankelijke overal in Nederland hetzelfde er uitziende nieuwe natuur.

De eerste Schotse hooglanders zijn al te zien in de duifpolder. Het is te hopen dat het bij deze twee blijft in Midden-Delfland.

Zij zijn gehecht aan het mooie veenweidegebied met de vele cultuurhistorische waarden en zien de boeren als hoeder van dat landschap en vinden daarom dat de boeren het beste in staat zijn om het gebied in stand te houden zeker gezien de inzet tegenwoordig voor de weidevogels en het handhaven en verbeteren van de landschappelijke waarden van het gebied door de boeren.

Midden-Delfland dreigt anders te verworden tot een openlucht museum met te veel ruige natuur waar de brandnetels en stekels de overhand zullen krijgen en waar Schotse hooglanders voor de begrazing zullen zorgen. Het blijft een wankele afweging van belangen. Is de recreant, de natuur of de boerenstand het belangrijkste in dit gebied? Zonder de boeren zal het gebied waarschijnlijk veranderen en het is juist de bedoeling om dit schitterende cultuurhistorisch waardevolle veenweidegebied te behouden, daar zet iedereen zich voor in en het was ook de bedoeling van de reconstructiewet Midden-Delfland dat het landschap behouden zou blijven.

Kraaien bij de trambrug in Schipluiden.

Helaas zorgt het natuur en milieubeleid nu al voor de nodige overlast. Kraaien en eksters worden niet meer gevangen waardoor er steeds meer te zien zijn. Jonge weidevogels en eieren zijn hier het slachtoffer van. Waar vele boeren en vrijwilligers hun best doen om de weidevogelstand te verbeteren door o.a. later maaien, nesten markeren en het plaatsen van nestbeschermers bij beweiding, daar zorgen deze vogels door predatie voor een achteruitgang van de weidevogels.

De in dit gebied aanwezige vossen zorgen ook voor een slachting onder de weidevogels. Vele M-D bewoners zullen in de schemering al eens een vos hebben zien lopen. In de Vlaardingse Holywijk heeft men zelfs in 2003 een moedervos met jongen uit de kruipruimte van een woning verjaagd. De vos had daar haar nest gemaakt en aanvankelijk vonden de bewoners het wel leuk zo’n vos in de tuin maar de stank van uitwerpselen en rottende kadavers van vele dode vogels zorgde voor enorme overlast. Als vossen de woonwijken van de omringende steden in gaan trekken betekent het waarschijnlijk dat er geen plaats meer is, dat heel M-D in verschillende territoria is ingedeeld die al worden ingenomen door andere vossen.

Exotische ganzen in de Holierhoekse polder

Ganzen gaan zo langzamerhand ook een steeds groter probleem vormen. Ganzen horen hier van nature thuis maar dan heb ik het uiteraard niet over de Nijlgans en de Canadese rotgans. De aantallen die hier overwinteren opgeteld bij de steeds grotere kolonie ganzen die hier permanent woont zorgt voor toenemende overlast. De ganzen dulden vaak geen andere vogels in hun omgeving dus die worden weggejaagd. Eten doen ze het liefst op boerenland, het gras is daar het lekkerst en vooral de nieuw ingezaaide percelen hebben hun voorkeur. 20 ganzen eten net zoveel als 1 koe en de ganzen trekken het jonge gras met wortel en al uit de grond. Daarnaast stampen al die ganzenpoten de bovenlaag van de grond helemaal dicht. ’s Winters blijft er voor de schapen daarom te weinig gras over waardoor die weer bijgevoerd moeten worden of vaker moeten worden verweid naar een ander perceel. Wegjagen heeft vaak geen zin want als de ene boer ze wegjaagt zitten ze bij de buurman en als die ze wegjaagt komen ze met dezelfde vaart weer terug. Inzetten van jagers zet door de grote aantallen ook geen zoden aan de dijk. Jagen was overigens een tijd lang verboden maar sinds december 2003 is het weer toegestaan met vergunning. Vooral boeren in de buurt van natuurgebieden ondervinden veel hinder en overlast van de ganzen. Natuurmonumenten heeft bij de Foppenplas een stuk land van een boer gekocht waar voor de koeien van die boer niets meer te halen viel. Deze boer mag er nu zijn koeien nog weiden maar behalve om de benen te strekken is er niets voor de koeien te halen, het gras is te kort en de koeien glijden uit over de vele ganzenpoep.

Een ander groot probleem vormt de afname van de boerenstand. Het aantal boeren neemt nog steeds af in Midden-Delfland, de boerenstand vergrijst en er is steeds vaker geen opvolger. De vrees bestaat dat het aantal boeren over 10 jaar gehalveerd zal zijn. Dit doemscenario verwacht een vertegenwoordiger van de agrarische natuurvereniging Vockestaert en de Westelijke Land- en Tuinbouw Organisatie als er geen structurele redelijke financiële vergoeding komt voor het in stand houden van dit waardevolle landschap. Ook de locale politiek onderkent de gevaren van het verdwijnen van de boeren waardoor de identiteit van het platteland verloren dreigt te gaan. Uit een enquête van bureauTNS/NIPO blijkt dat 95% van de Nederlanders vindt dat een platteland zonder boeren en tuinders geen toekomst heeft. Uit o.a. ANWB onderzoek blijkt vaak dat mensen graag in bos recreëren maar uit onderzoek van het recreatieschap M-D blijkt dat men hier geen bos wenst maar juist het bestaande landschap waardeert en wil behouden. Midden-Delfland is ook niet geschikt voor bos, bij Maasland, in de Holierhoekse polder bij Vlaardingen en in de Kerkpolder bij Delft staan de aangeplante bomen sommige delen van het jaar tot aan de stam in het water. Volgens deskundigen is natuuronwikkeling ook niets anders dan het omvormen van een cultuurhistorisch landschap in een nieuw cultuurlandschap en zijn vele beschermde “rode lijst” soorten zoals b.v. de grutto juist afhankelijk van het behoud van deze oude cultuurlandschappen. Behoud van het M-D landschap betekent dus een financiële basis verschaffen voor het behoud en versterken van de huidige cultuur en natuur in plaats van omvorming tot nieuwe natuur.

Ondanks dat het Hoogheemraadschap Delfland de capaciteit van gemaal de Zaaijer bij Maassluis heeft verdubbeld tot 2 miljoen liter water per minuut en de capaciteit van gemaal Westland heeft verviervoudigd tot 1,4 miljoen liter water per minuut zijn er nog steeds plannen voor een waterberging in de Woudse polder bij ’t Woudt. Het hoogheemraadschap is met het ABCDelfland plan bezig met vele verbeteringen in de afvoercapaciteit van de boezemwateren nadat de laatste jaren regelmatig van grote wateroverlast sprake is geweest in het Westland inclusief Midden-Delfland. Afgezien van dijken die het door het vele water dreigden te gaan begeven heeft dit niet tot grote overlast gezorgd in Midden-Delfland al was de toestand wel zeer kritiek. Afgelopen zomer waren er juist door de droogte weer problemen met de dijken. Het plan van de wateropvang in de Woudse polder ondervindt nogal wat weerstand. Een polder op de schop is uiteraard het makkelijkst en het voordeligst maar deze opvang is niet bedoeld voor opvang van wateroverlast in Midden-Delfland maar juist bedoeld als buffer voor het stedelijke gebied van de Haagse regio en de gebieden met kassen. Dit bassin van 800.000 kubieke meter zou in 2005 operationeel moeten zijn maar Schipluiden werkt naar de mening van de Dijkgraaf van Delfland niet erg mee. De Woudse polder is één van de oudste polders in Midden-Delfland waar kreekruggen en een eeuwenoud slotenpatroon zullen worden aangetast, ook archeologische bodemschatten kunnen door de aanleg verloren gaan. De problemen van elders afwentelen op M-D getuigt niet van goed rentmeesterschap door het Hoogheemraadschap. De gemeente Schipluiden stelt zich op het standpunt dat als er een bassin in Midden-Delfland wordt aangelegd dat het hoogheemraadschap ook moet zorgen voor een duurzaam toekomstbeeld voor zowel de agrarische als de natuur/recreatieve belangen. Voor de wateroverlast in het kassengebied van het Westland lijkt een oplossing gevonden in de vorm van drijvende kassen die door warmteopslag ook nog eens goed blijken te zijn voor het milieu.

Een ander plan is de aanleg van een roeibaan in polder Noord Kethel, dit is een idee van verschillende roeiverenigingen uit Delft en de regio. De roeiers hebben op de Rotte en het Rijn-Schiekanaal te veel last van de scheepvaart. Om dit plan een beetje beter “verkoopbaar” te maken hebben de roeiverenigingen bedacht dat deze roeibaan van 3 kilometer lang en 160 meter breed ook ingericht kan worden als waterberging van 50.000 tot 100.000 kubieke meter. Het is de bedoeling dat deze locatie zal uitgroeien tot het Papendal voor de roeiwereld aldus de Taskforce Roeibaan.

Sluipverkeer is helaas nog steeds een groot probleem in M-D. De ligging tussen de Rotterdamse en Haagse regio met alleen de overvolle A13 als verbinding tussen deze twee regio’s veroorzaakt veel sluipverkeer. Er is gekozen voor de aanleg van doseerinstallaties waardoor de wegen tussen Delft en Schipluiden aan de ene kant en Schiedam en Vlaardingen aan de andere kant in de spits beperkt verkeer doorlaten. Dit heeft wel als nadeel dat inwoners van Vlaardingen en Schiedam die in Schipluiden werkzaam zijn via een omweg via Maasland hun werk zullen moeten bereiken of lang in de rij moeten staan voor de doseerinstallaties. Helaas lijkt het er op dat Vlaardingen op het laatste moment afhaakt en niet wil meebetalen aan de aanleg van deze installaties omdat zo zegt men; Vlaardingen geen last heeft van het sluipverkeer. Voor Maasland is behalve vele dure verkeersremmende maatregelen, die niet hebben gezorgd voor een afname van het sluipverkeer, nog geen oplossing bedacht. De aanleg van een rondweg om Maasland zoals weleens is geopperd zal niet zorgen voor een vermindering van het verkeer en zou bovendien door een groene zone komen te lopen. De bewoners en het verkeer op de wegen buiten de bebouwde kom met al het langzame landbouwverkeer zouden nog meer last krijgen door de aanzuigende werking die deze rondweg zal hebben.

  

De aanleg van windmolenparken in dit gebied is het volgende plan. Windmolens in Midden-Delfland koesteren we uiteraard al jaren, vele molens zijn in de loop der jaren verloren gegaan maar de molens die er nog staan probeert men zoveel mogelijk te behouden. Aan het behoud van de weidemolentjes die nog her en der staan om de laagste delen van de polders droog te houden zou ook aandacht moeten worden besteed. Deze toch beeldbepalende landschapselementen dreigen anders op termijn te verdwijnen vrees ik.

Het windmolenplan wat echter in eerste instantie door de provincie gelanceerd is betrof rijen grote windturbines en niet zoals men in Schiedam van plan is om een oude stellingmolen van de Nolet distilleerderijen om te bouwen tot een molen die per jaar 250.000 KWh aan elektriciteit moet gaan opwekken. Gedeputeerde Marnix Norder liet weten dat bij weerstand tegen de plannen de provincie de plekken zou aanwijzen. Het belang van het open Midden-Delfland was de maker van het IODS plan voor de aanleg van de A4, waarbij juist expliciet rekening wordt gehouden met het cultuurhistorische landschap, zeker even vergeten. Gelukkig heeft de provincie in het Zuid-Hollandse windturbineplan Wervel de aanleg van windturbines in Midden-Delfland geschrapt omdat het zich niet laat verenigen met de cultuurhistorische landschappelijke waarden. Langs de A20 bij Maassluis is de bouw geschrapt vanwege woningbouwplannen in de Dijkpolder die bij de recente gemeentelijke herindeling van Maasland naar Maassluis is gegaan waardoor ook weer een stukje van het groene Midden-Delfland verloren dreigt te gaan. Waar Maassluis, nu nog, groene polders krijgt toebedeeld om te bebouwen spreekt de Commissaris van de koningin in Zuid-Holland de heer J. Franssen de dreigende woorden dat er een streep door het woord uitbreiding moet worden gezet in de gemeente Midden-Delfland. Deze controversiële uitspraak komt waarschijnlijk voort uit de voorkeur van de commissaris voor de vorming van één gemeente Midden-Delfland inclusief Maasland en Schipluiden. Ook het aanvankelijk niet opnemen van het convenant tussen Delft en Schipluiden over vrijwillige grondruil in de gemeentelijke herindelingsplannen zou hier weleens mee te maken kunnen hebben. Zowel Maasland als Schipluiden hebben zich in het recente verleden ingezet voor de tuinbouw in het Westland door nieuwe tuinbouwgebieden te ontwikkelen maar bij de gemeentelijke herindeling zijn juist grote delen van deze tuinbouwgebieden toebedeeld aan de gemeente Westland. De provincie wilde zogenaamd een strikte scheiding tussen het glas en het gras, alsof Maasland en Schipluiden altijd slecht voor de tuinbouw hadden gezorgd of dat in de toekomst zouden gaan doen. In het geval van een echte strikte scheiding had er nog veel meer gebied aan de gemeente Westland toebedeeld moeten worden. Door deze onvrijwillige herverdeling van gronden bestaat het gevaar dat de nieuwe gemeente Midden-Delfland financiële problemen gaat krijgen omdat juist de gebieden die belangrijk zijn voor werkgelegenheid en belastinginkomsten verloren zijn gegaan.

In Maasland is nog discussie gevoerd in de gemeenteraad over het toestaan van de maisteelt. Er gingen stemmen op om de maisteelt te verbieden in bepaalde gebieden. Ook een deel van de Aalkeetpolder waar juist in het kader van de reconstructie boeren naar toe zijn verhuisd zou gaan vallen onder de vergunningenplicht voor het verbouwen van mais terwijl dit gebied volgens de reconstructiewet juist was aangemerkt als gebied voor optimale landbouw. Volgens het nieuwe streekplan Zuid-Holland West van de provincie zou 20% van het land voor de maisteelt mogen worden gebruikt. De reconstructiecommissie weet dat recent ook in Schiedam en Delft de maisdiscussie is gevoerd en daar heeft men een beslissing in het voordeel van de maisteelt genomen. Ook zegt de heer van der Vaart van de Reconstructiecommissie dat het wellicht landschappelijk aantrekkelijker zou zijn zonder maisteelt maar het zou nog veel slechter zijn als er straks geen boeren meer zouden zijn dus moeten er ten aanzien van de maisteelt geen extra beperkingen worden opgelegd. Het is jammer dat deze discussie gevoerd moet worden in een plattelandsgemeente waar het belang van de boeren voor het landschap en het economisch belang van de maisteelt toch duidelijk zou moeten zijn.

Het Hoogheemraadschap heeft ook voor de aanleg van een grootschalig baggerdepot zijn oog laten vallen op Midden-Delfland. De Foppenpolder zal als het aan het Hoogheemraadschap ligt worden omgevormd tot baggerdepot. Deze kwestie loopt inmiddels al weer een aantal jaren, naast het feit dat er weer een polder aan de landbouwbestemming wordt onttrokken vormt ook het baggerverkeer een groot probleem in verband met de vele fietsers. Ondanks de grote bezwaren die er tegen deze locatie bestaan houdt het Hoogheemraadschap vast aan deze locatie terwijl men de alternatieve locatie in de Bonnepolder nabij gemaal Westland niet in het onderzoek wil betrekken.

De Kamer van Koophandel Haaglanden ziet ook al weer grote mogelijkheden voor het aanleggen van bedrijventerreinen langs de nog aan te leggen A4. Dat valt te lezen in de Kamerkrant van de Kamer van Koophandel van juni 2002. Ook de werkgeversorganisatie VNO-NCW schaarde zich achter dit idee. Men vindt dat Schipluiden de morele plicht heeft om te zoeken naar ruimte voor het Westlandse bedrijfsleven ondertussen vergetend dat Schipluiden met de Harnaschpolder daar al hard zijn best voor doet.

  

Het is al met al een hele lijst geworden en ongetwijfeld zijn er nog plannen die niet zijn verwerkt in dit verhaal. De toekomst zal leren wat er van alle bedreigingen terecht komt en hoe lang we nog kunnen genieten van uitzichten zoals op de foto’s hierboven. Gelukkig zijn er ook vele positieve ontwikkelingen zoals de vorming van een gemeente Midden-Delfland waardoor met ingang van 2004 verreweg het grootste deel van het Midden-Delfland gebied bij dezelfde gemeente hoort. De oprichting van het Groenfonds Midden-Delfland op initiatief van de gemeente Schipluiden is een andere positieve ontwikkeling. Het doel van dit fonds is: Behoud en versterking van het open agrarisch cultuurlandschap en versterken van de relatie tussen stad en land en inmiddels zijn er al verschillende gemeenten die financieel participeren in dit fonds. Het is natuurlijk voor een groot deel ook een stads belang dat de huidige natuur- en landschapswaarden behouden blijven en dat de relatie tussen stad en platteland wordt versterkt.

De grote animo onder de boeren voor deelname aan weidevogelbeheer waarbij de Agrarische Natuurvereniging Vockestaert een grote rol speelt en de verbreding (zuivel, ijs, camping, enz.) waarmee verschillende boeren het inkomen op peil weten te houden draagt bij aan het in stand houden van dit gebied. Zo langzamerhand is iedereen er wel van overtuigd dat het landschap gemaakt is door de boeren en dat het voortbestaan ook afhankelijk is van het aanwezig blijven van boeren als beheerders van dit gebied. Naast het beschikbaar stellen van geld voor zgn. “groene diensten” uit het groenfond moet er misschien ook eens nagedacht worden over informatieborden die de recreanten er op wijzen dat de boeren dit landschap gemaakt hebben en in stand houden. Misschien dat zoiets mensen op hun tocht door het mooie Midden-Delfland aan het denken zet en dat daardoor de waardering voor de boeren een beetje toeneemt. Sommige mensen beseffen niet dat de in hun ogen stinkende en luidruchtige tractoren nodig zijn om dit landschap te behouden. Wat is er op zijn tijd mooier in de polder dan ronkende tractoren met opraapwagens die het gras naar de boerderij brengen of tractoren met mestinjecteurs die zorgen dat het gras weer een beetje voedsel krijgt of in het najaar de oogst van de mais met grote maishakselaars. Het is leuk om te zien al die bedrijvigheid en als het gras in de kuil zit keert de rust weer terug en zijn de weilanden weer het domein van de koeien, weidevogels en schapen. Misschien wordt het tijd voor een standbeeld, zoals ze in Friesland “Us Mem” hebben zouden we hier “Onze boer” ergens op een mooie plek kunnen neerzetten. Tineke van Gils, de plaatselijke kunstenaar, kan aan de slag wat mij betreft.

Bronnen:

  • www.midden-delfland.net
  • www.hhdelfland.nl
  • Haagse Courant, verschillende artikelen
  • Rotterdams Dagblad, verschillende artikelen
  • Notulen vergadering commissie ruimtelijke ontwikkeling, Gemeente Maasland, 28 oktober 2003
  • Jaarverslag 2002, InnovatieNetwerk Groene Ruimte en Agrocluster
  • ABCDelfland
  • Een calamiteitenberging in de Woudse Polder (concept), rapport Bureau voor Stedebouw i.o.v. Gemeente Schipluiden, 6 november 2001
  • Belvedere Nieuws, juli 2003
  • Molen zonder molenaar, Technisch Weekblad, 31 januari 2003
  • Moe van het scheepje omzeilen, Delta, 25 september 2003

Februari 2004