Cultuurhistorie

Cultuurhistorie in Midden-Delfland

Midden-Delfland is het laatste stukje authentiek weidelandschap in de zuidvleugel van de Randstad. Zonder de Reconstructiewet Midden-Delfland zouden Delft en Schiedam inmiddels aan elkaar zijn gegroeid. De reconstructiewet heeft verdere bebouwing definitief tegengehouden. Niet alleen de stedelijke expansie oefent grote druk uit op het gebied, ook het beëindigen van agrarische bedrijven vormt een bedreigende factor. De waarde van dit gebied wordt herkend en erkend door iedereen. De bewoners van de omringende steden hebben de schoonheid ervan ook ontdekt en wandelen en fietsen niet alleen in de recreatiegebieden langs de randen van de steden maar genieten juist van het agrarische middengebied waar de koeien, sloten, knotwilgen, kreekruggen en oude boerderijen nog steeds het beeld bepalen. De gemeenten Schiedam en Vlaardingen zouden zich als belangrijke partners extra moeten interesseren voor het behoud van Midden-Delfland.

Schapen in de sneeuw in Midden-Delfland

Midden-Delfland is nog altijd zeer karakteristiek, de ontstaansgeschiedenis van het landschap is nog steeds goed zichtbaar. Het is archeologisch ook zeer waardevol met een geschiedenis die teruggaat tot ver voor de Romeinse tijd. Midden-Delfland is aangemerkt als belvederegebied wat betekent dat de cultuurhistorie nadrukkelijk betrokken moet worden bij ruimtelijke ontwikkelingen. Het doel is de kwaliteit van de leefomgeving te verbeteren en te zorgen voor behoud van het cultureel erfgoed.

De schaalvergroting en de afname van het agrarische gebied heeft ervoor gezorgd dat er veel vrijgekomen boerderijen tegenwoordig door koopkrachtige stedelingen worden bewoond. Helaas zorgt dit nogal eens voor een achteruitgang van de landschappelijke kwaliteiten. Boerderijen worden verbouwd zonder gevoel voor de historie of moeten in zijn geheel plaats maken voor kruisingen tussen villa’s en boerderijen. De weilanden worden omzoomd door hekken en linten om de paarden die de koeien hebben vervangen in de wei te houden. Paardenbakken met lichtmasten worden aangelegd, moestuinen maken plaats voor siertuinen met gebiedsvreemde exotische planten. Niet iedereen is zich bewust van de cultuurhistorisch waardevolle omgeving waarin men gaat wonen.

Midden-Delfland is nog steeds rijk aan kreekruggen. Deze ruggen vormden vroeger de oeverwallen van de kreken die voor de afwatering zorgden. Door de inklinking van het veen steken de zanderige kreekruggen inmiddels boven het landschap uit en vormen zo een goed zichtbaar kenmerk van de ontstaansgeschiedenis. De processen die het landschap hebben vormgegeven, zijn bepaald door de wisselwerking tussen mens en natuur. De mens heeft de natuurlijke beperkingen weten te overwinnen en benutten. Het huidige landschap is het resultaat van deze strijd.

Restanten van een afgegraven kreekrug in Midden-Delfland, vernietiging van cultuurhistorie door Dienst Landelijk Gebied in het kader van de reconstructie.

Op en rond erven maar ook midden in het weidse landschap zijn nog vele kenmerken te vinden van de agrarische bedrijvigheid in vroeger tijden. Een bekend voorbeeld is de mestgoot in de Woudweg bij Schiedam tegenover nummer 12. De mest werd vroeger vanuit de stal in de schouw geladen waarmee men de mest naar de verschillende percelen vervoerde. Tot halverwege vorige eeuw werd de schouw gebruikt voor het vervoer van melk, mest en hooi. De wegen waren onverhard en vooral ’s winters vaak onbegaanbaar. Naast de mestgoten waren er goten die gebruikt werden voor de aanvoer van de spoeling van de vele branderijen in Schiedam. Deze goten waren van hout. De spoeling werd uiteraard aangevoerd met een houten spoelingschuit.

Mestgoot in de Woudweg in Midden-Delfland

Bij boerderijen had men niet alleen een boomgaard met fruit en notenbomen maar er was ook vaak een geriefhoutbosje te vinden. Het hout van de vele essen en wilgen werd gebruikt voor de kachel en het fornuis maar ook om hekken en afscheidingen van te maken, voor het maken van klompen, enz. Men was in grote mate zelfvoorzienend. Daarnaast zijn er nog de zogenaamde pestbosjes. De naam pestbosje duidt op de plek waar, ver van de boerderij, de kadavers van zieke dieren werden begraven. In Midden-Delfland komen ook nog een paar oerbosjes voor. Deze oerbosjes zijn overblijfselen van het middeleeuwse moerasbos wat hier heeft gestaan. Al deze bosjes kunnen slechts blijven bestaan als er regelmatig onderhoud wordt gepleegd.

Vele oude boerderijen bevatten streekeigen kenmerken die het waard zijn om behouden te blijven. Midden-Delfland herbergt nog vele historische bouwwerken. Zonder goede fundering door middel van heipalen hebben vele boerderijen de tand des tijd doorstaan. Vroeger wist men wel waar je een boerderij moest bouwen. Men vestigde zich op de kreekruggen of op terpen. Op sommige plaatsen is hierdoor de merkwaardige situatie ontstaan dat de boerderijen verspreid in het landschap staan en niet langs de wegen in het gebied. Een mooi en bekend voorbeeld hiervan is de Zuidbuurt tussen Vlaardingen en Maassluis.

Veel bebouwing op de boerderijerven wordt niet meer gebruikt voor het doel waarvoor het ooit is gebouwd. Hooibergen, karnmolens, melkbochten en betonnen voersilo’s dreigen hierdoor te verdwijnen. Juist deze bouwwerken bepalen het karakter van Midden-Delfland. Zij zorgen ervoor dat het gebied als authentiek wordt ervaren, de beleving van het landschap wordt mede bepaald door de aanwezigheid van deze kenmerkende bouwwerken. Niet alleen uit cultuurhistorisch oogpunt maar ook uit recreatief oogpunt is behoud daarom van groot belang.

Behalve op de erven valt er ook in de weidse polders genoeg te zien wat het waard is om te behouden. De zo kenmerkende knotwilgen die het landschap sieren zullen zonder regelmatig knotten onherroepelijk kapot gaan en verdwijnen. Weidemolentjes die ervoor zorgen dat de laagste stukken van de polders ook droog gemalen kunnen worden verdwijnen ook steeds meer uit het landschap. Tegenwoordig uitstuitend van metaal maar o.a. in de Woudweg heeft tot ver in de vorige eeuw nog een grotendeels houten weidemolen gestaan.

Om het cultuurhistorisch waardevolle veenweidelandschap van Midden-Delfland te behouden is het groenfonds opgericht. In het groenfonds participeren de gemeenten Midden-Delfland, Delft, Den Haag en (in de toekomst) Maassluis. Voor het groenfonds zijn 2 doelstellingen geformuleerd. Het in stand houden en versterken van het agrarische cultuurlandschap en het versterken van de relatie tussen stad en platteland. De belangrijkste activiteit van het fonds is het belonen van groene diensten die de veehouders kunnen verlenen in Midden-Delfland. Het betreft niet uitsluitend landschappelijke maatregelen maar ook maatregelen op het gebied van recreatie en educatie worden gerekend onder de groene diensten.

Voor het groenfonds is een puntensysteem bedacht om vergoedingen te kunnen betalen aan de deelnemers. Maatregelen op het gebied van natuur, landschap en cultuurhistorie worden beloond met een hoeveelheid punten waar een financiële vergoeding aan gekoppeld is. Naast het puntensysteem bestaat er nog de eenmalige investeringsregeling voor het behoud en herstel van cultuurhistorische gebouw- en landschapselementen. Het systeem is door LTO afdeling Delflands Groen samen met Agrarische natuurvereniging Vockestaert bedacht en uitgewerkt. In 2006 is na goedkeuring door “Brussel” de eerste uitbetaling voor groene diensten op het gebied van natuur, landschap en cultuurhistorie gedaan. In dit kader zijn o.a. asbest dakplaten vervangen door dakpannen, hooibergen hersteld, kelderluiken vernieuwd, het dak van een karnmolen hersteld, een rietendak vernieuwd en bomen onderhouden.

Vanaf begin 2005 heeft Actiecomité Behoud Woudweg zich bezig gehouden met de reconstructie van de Zuidrand bij Vlaardingen en Schiedam. Het behoud van de cultuurhistorie was één van de speerpunten voor het actiecomité en dit heeft o.a. geresulteerd in het behoud van verschillende schuurtjes en voersilo’s die op de nominatie stonden om gesloopt te worden.

Het behoud van de cultuurhistorische kenmerken van Midden-Delfland heeft een enorme impuls gekregen door het groenfonds. De gemeenten Vlaardingen en Schiedam participeren op dit moment nog niet in dit fonds, maar zouden zich eens moeten beramen op deelname aan het groenfonds. Zonder dergelijke initiatieven is het cultuurhistorische erfgoed van Midden-Delfland gedoemd te verdwijnen uit het landschap.

Eerder gepubliceerd in Musis, jaargang 14, nr. 2, februari 2008.

Maart 2008